Sterretjes (*)Instellingen die zijn gemarkeerd met "*1" kunnen niet worden geïmporteerd of geëxporteerd.
Opties die zijn gemarkeerd met '*2' kunnen variëren of zijn mogelijk niet beschikbaar, of hebben afwijkende standaardinstellingen per land of regio.
Instellingen gemarkeerd met "*3" worden misschien niet weergegeven, afhankelijk van het model dat u gebruikt, opties, of andere instel-items.
|
Selecteer een waarde voor <Tijdzone> voordat u de huidige datum en tijd gaat instellen. Als u de waarde voor <Tijdzone> wijzigt, worden de huidige datum en tijd automatisch aangepast.
|
De huidige datum en tijd kunt u gedurende 1 uur niet aanpassen als de zomertijd is ingegaan.
|
<(UTC-12:00) Internationale westelijke datumgrens> tot <(UTC) Coordinated Universal Time> tot en met <(UTC+14:00) Kiritimati>/<(UTC+14:00) Christmaseiland>
|
UTCCoordinated Universal Time (UTC) is de belangrijkste standaardtijd waarmee de wereld klokken en tijd regelt. Het instellen van een juiste UTC-tijdzone is vereist voor internetcommunicatie.
|
<Uit>
<Aan>
Begin: Maand, Week, Dag
Einde: Maand, Week, Dag
|
<JJJJ MM/DD>
<MM/DD/JJJJ>
<DD/MM JJJJ>
|
<12 uur (AM/PM)>
<24 uur>
|
Als er gedurende een bepaalde tijd geen toets wordt ingedrukt op het bedieningspaneel, wordt er een zogenaamde automatische reset uitgevoerd en wordt het standaardscherm weergegeven. Geef het interval op waarop automatisch resetten wordt uitgevoerd. In de volgende situaties wordt er geen automatische reset uitgevoerd:
Het instellingenmenu wordt weergegeven.
Het apparaat verwerkt data, bijvoorbeeld bij het afdrukken van documenten.
Er wordt een foutbericht weergegeven en het lampje Fout knippert. (Er wordt wel een Auto Reset uitgevoerd als de gebruiker door de fout een bepaalde functie niet kan blijven gebruiken.)
|
<Deze functie instellen>
<Uit>
<Aan>
<Stel tijd in>
1 tot en met 2 tot en met 9 (min.)
|
0 (geen automatische reset)
1 tot en met 2 tot en met 9 (min.)
|
Het scherm dat wordt weergegeven na een automatische reset kunt u selecteren bij <Functie na automatische reset>.
|
<Standaardfunctie>
<Geselecteerde functie>
|
U kunt een timer instellen om de machine automatisch uit te schakelen zodra een opgegeven periode van inactiviteit is verstreken na activering van de slaapstand.
|
<Deze functie instellen>
<Uit>
<Aan>
<Stel tijd in>
1 tot en met 4 tot en met 8 (uur)
|
0 (de machine wordt niet automatisch uitgeschakeld)
1 t/m 4 t/m 8 (uur)
|
Voordat u <Automatische uitschakeltijd> instelt |
Wanneer de instelling <Automatische uitschakeltijd> is ingeschakeld, wordt de machine mogelijk automatisch uitgezet zelfs als u deze gebruikt via de externe UI. Er kan een storing optreden, vooral als de machine wordt uitgeschakeld terwijl gegevens worden geïmporteerd. Stel <Automatische uitschakeltijd> vooraf in op <Uit> of <0> wanneer u gegevens importeert met de externe UI.
|
Als items van de [Tijdklokinstellingen] via de UI op afstand worden gewijzigd terwijl de machine in de slaapstand staat, wordt de tijdklok voor de instelling <Automatische uitschakeltijd> opnieuw gestart. De machine wordt automatisch uitgeschakeld zodra een opgegeven periode van inactiviteit is verstreken sinds de tijdklok opnieuw is gestart.
|
1 tot 60 (min.)
|
<Deze functie instellen>
<Uit>
<Aan>
(0:00 tot 12:59 AM/PM)
|
<Uit>
<Aan>
(0:00 tot 23:59)
|
<Deze functie instellen>
<Uit>
<Aan>
(0:00 tot 12:59 AM/PM)
|
<Uit>
<Aan>
(0:00 tot 23:59)
|
<Deze functie instellen>
<Uit>
<Aan>
(0:00 tot 12:59 AM/PM)
|
<Uit>
<Aan>
(0:00 tot 23:59)
|